Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;
Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;
H to show hint;
A reads text to speech;
16 Cards in this Set
- Front
- Back
lijden aan |
hebben te kampen met |
|
terugvoeren op |
als oorzaak aanwijzen |
|
letten op |
aandacht geven aan |
|
zich ergeren aan |
zich storen aan |
|
bijdragen aan |
meehelpen, een effect hebben |
|
last hebben van |
lijden aan |
|
verband houden met |
heeft te maken met |
|
studie doen naar |
onderzoeken |
|
te kampen hebben met |
last hebben van |
|
zwaar tillen aan |
heel belangrijk vinden |
|
bang zijn voor |
in angst zitten voor |
|
(geen) invloed hebben op |
(g)een effect hebben op |
|
iets kunnen doen aan |
invloed hebben op |
|
op basis van |
op grond van |
|
in de loop van |
gedurende |
|
op aanraden van |
op advies van |